woensdag 8 juli 2009

Heftan tattat!


Onderstaand gedicht van Wilmink gebruikte ik -toen ik nog Nederlands "doceerde" bij de werkgroepen aanvankelijk lezen. Iemand die niet thuis is in het Twents dialect, ontgaat vaak de betekenis van de tekst, en moet dús weer terugvallen op technische leesstrategieën: syntactisch, semantisch en morfologisch. Tijdens het Wilminkfestival hing het gedicht op mooie posters op verschillende plekken in Enschede. Ik kon het niet laten om hier en daar te vragen of ik zo'n poster zou kunnen krijgen. Weken later komen er attente reacties: per mail wordt me van meer kanten gevraagd mijn postadres op te geven. De postbode brengt daarna keurig in een kokertje het prachtige gedicht. "Anders gaot ze toch maor bi-j told papier."

Zundag weer verjöarsviseet
en iej weet wa hoo dat geet:
Herman hef zoo zeek ewes,
Graads mut ok weer oonder t mes,
Trui hebt z' alns a vort-enomn,
Kloas is oet de tied ekomn,
Leida hef zon pien in t lief,
oo, dat aarme, aarme wief.
En hoo is t dan noe met Bernard?
Heftan tattat! Heftan tattat!
Hee har völs te völ patat had
en doo hef e t dus an t hart had.
dat genöal, oo man oo man,
doodzeek goa'j op hoes op an.

1 opmerking:

  1. Ik kwam dit gedicht tegen rond het Lonnekermeer en ik vind het echt schitterend! Zeker als niet-Twentse is het een kwestie van goed lezen, maar zodra je 'm doorhebt, is het fantastisch :)

    BeantwoordenVerwijderen