maandag 14 december 2009

nieuwjaarsgedicht


Parken en Woestijnen

hij heeft de vogels te eten gegeven
en de deuren der hokken dichtgedaan
de bladeren ter stapel geschoven
tot het zicht van zijn ogen ontnomen werd
had zijn zwager ten hospitaal gereden
het zeveren der ouderdom doorstaan
de afstandsbediening uit handen gegeven
het aanrecht schoon, de afwastaak voldaan
zijn nette broek en jas zich aangemeten
bij het krieken al om boodschappen gegaan
nu is het zessen: een jenever, want
wat in zijn leven heeft hij dan misdaan?

ze heeft de werkster haar koffie geschonken
in haar hoofd waart het gespook van weleer
het strijkgoed in stapeltjes opgeborgen
zet ze zich om op adem te komen even neer
kruidt het gehakt en mijmert over keuzes
ook ongedane zaken nemen niet licht een keer
doodmoe wordt ze van de klaaglijkheid der ouden
’t is liever onder kind en jong dat ze verkeert,
de stok is al dan niet gevraagd het baken
de juiste richting, als zij het leven dirigeert.
nu is het zessen: een warme kruik verdiend, want
wat in haar leven deed ze dan verkeerd?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten